vrijdag 22 januari 2021

Verschil tussen een tijdelijke aanduiding voor inhoud en een tijdelijke aanduiding voor afbeeldingen - PPT 2019

Het verschil zit hem in het gedrag van de tijdelijke aanduidingen. Wanneer je een foto invoegt in een tijdelijke aanduiding voor inhoud wordt de plaatsaanduiding aangepast aan de foto. Als de foto kleiner is dan de tijdelijke aanduiding krijg je veel vrije ruimte errond. 

Wanneer je een foto invoegt in een tijdelijke aanduiding voor afbeeldingen past de afbeelding zich aan aan de tijdelijke aanduidingDe kleinste afmeting van de afbeelding vult de breedte/hoogte van de tijdelijke aanduiding, de langere afmeting van de afbeelding wordt bijgesneden.

Om dit te illustreren heb ik dezelfde afbeelding aan twee dia-indelingen toegevoegd nl. de indeling Titel en object (links) en de indeling Afbeelding met bijschrift (rechts).




Dit is het origineel, let vooral op het dak van het huis:


Dit is de ingebrachte foto op de twee dia-indelingen:

Geen dak meer te zien op de tweede foto.

De conclusie is dus dat je een tijdelijke aanduiding voor inhoud gebruikt als je zeker wilt zijn dat de 'volledige' afbeelding wordt opgenomen (de afbeelding wordt dus automatisch geschaald). Een tijdelijke aanduiding voor afbeeldingen gebruik je wanneer de afmetingen van de afbeeldingen constant moeten zijn over de dia's heen zonder rekening te moeten houden met de grootte van de gebruikte afbeeldingen.

Als het resultaat niet naar wens is kan je de foto nog verschuiven binnen de tijdelijke aanduiding.

Hieronder een voorbeeld van een foto die verticaal is verschoven. Klik met je rechtermuisknop op de afbeelding en kies Afbeelding opmaken. Klik op knop Afbeelding in het taakvenster en verschuif de positie van de afbeelding in de x-as of de y-as onder bijsnijden.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten